donderdag 7 augustus 2014
The Count of Monte Cristo
Het
kan natuurlijk ook gewoon aan die Zola-film van laatst liggen, maar
daardoor lijkt het even alsof literatuur in de jaren '30 nog echt wat
betekende. Dat de tijden van krantenfeuilletons en boeken met
café-gesprekken die pagina's duurden (Thomas Hardy!) nog vers in het
geheugen lagen. Toegegeven, de avonturenromans van Dumas zijn gemáákt
voor Hollywood. Zoals de NY Times grapte: 'hij zou een geweldig
scenarist zijn!'. The Count kachelt in flink tempo door Napoleontische
tijden, om dan tot rust te komen in een afgelegen gevangenis. (Net zoals
Napoleon zelf...) Het is zo'n burcht waar gevangenen tientallen jaren
aan ketenen wegrotten. Een soort LEGO-doos die tot leven komt. De graaf
in wording treft – via een gat in de grond natuurlijk – een oude
grijsaard, die alle wijsheid van de wereld op de muren van zijn cel
heeft gepend. Veel heeft hij daar niet aan, want de enige manier om te
ontsnappen die het tweetal kan bedenken is het graven van nóg een
tunneltje... En dat blijkt níet de manier. Na de fraaie verdwijntruc
wordt het hoofdpersonage The Count. En krijgen we een soort Batman.
Wraak en ijdelheid onder het mom van rechtvaardigheid. In V For Vendetta
werd de film nog geciteerd. Het slot in de rechtszaal – waar anders –
is modern, vol bankmannetjeshaat. J'Accuse!
Labels:
films uit de jaren '30,
Rowland V. Lee
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten