zaterdag 16 augustus 2014
Topaz
'It's more than
possible. It's true.' Hitchcock bij de spionnen. Het meest fluïde beroep
op aarde. Petten genoeg. In tijden van Koude Oorlog is de tussenpositie
helemaal de slimste. De Fransen weten er hier wel raad mee. Het geeft
Hitchcock de kans om een blik fijne Franse acteurs open te trekken
(Piccoli, Noiret) die dan wel allemaal Engels moeten spreken. Waar ze
ook zijn. De beste scenes spelen 'gewoon' in New York. De uitgestreken
Stafford schakelt een lokale 'bloemist' in om de Cubanen wat informatie
te ontfutselen. Het bloemenwinkeltje schittert in Technicolor, net zoals
New York bij nacht dat doet. Typerend voor de film vinden de meest
sfeervolle dialogen 'achter glas' plaats. (Ze zijn dus onhoorbaar én
profiteren daarvan.). De teksten die we wél horen zijn bepaald
on-spannend. Gelukkig zijn de Cubaanse schurken fijn. Vurige haardossen,
felle ogen. En dan de sigaren. Knalgroen als een bemoste tak. Ik dacht
dat die dingen bruin waren!? Als de hele bups spionnen op Cuba belandt
flitst ook Fidel nog even op kunstig verwerkte 'echte' beelden langs.
Net als hij zijn mond open wil doen, kapt de film hem hilarisch
eenvoudig af. Op naar de volgende scene! In de extended family van de
Franse spionnen dartelt trouwens ook nog Truffaut-meisje Claude Jade
rond. Dat de film het van dat soort kleine cadeautjes moet hebben is een
gevalletje 'helaas maar waar'. Wel moet gezegd dat Topaz een paar opmerkelijk gestileerde en gewel(da)dige shots bevat
Labels:
Alfred Hitchcock,
films uit de jaren '60
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten