zondag 31 augustus 2014

Mon Oncle

Met paard en wagen langs het neonverlichte restaurant Rington's rossen, daar waar buzzers en bliepjes de clientèle begroeten. Typisch Tati. En dat typisch kun je weglaten. Er is ten slotte maar één type van deze Van Gaalse man. (Wacht...) Van Tati's drie grote films (noem het gerust een trilogie) vormt Mon Oncle het middendeel. Ook dat is eigenlijk niet moeilijk te raden. Na het warme Les Vacances is de alleman hier half verdwenen achter de technologische snufjes. In Play Time zou die verdwijntruc gecompleteerd worden. Iets teveel sequenties spelen ook nu al in een Huis van de Toekomst, al is het een werk in aanbouw. 'Tout communique!'. De fonteinen moeten nog worden aangezwengeld, en er wil nog wel eens een leidinkje springen. (Heel even dacht ik dat er olie in de achtertuin zou worden gevonden.) Waar Tati's hart ligt is al in de intiteling duidelijk. Op stedelijke wegwijsborden staat het personeel dat aan de film meewerkte vermeld. De titel verschijnt pas in een 'petit village', met krijt op een muurtje gekalkt. Het accordeondeuntje neuriet nostalgisch, en Hulot kuiert van de markt naar huis. Zijn appartementje zou later door Pluk van de Petteflet worden gehuurd. Het is Tati's Madurodam-wereld vol visuele vondsten. Stop er een franc in, en de boel begint synchroon en uiterst precieus te bewegen. Het best te genieten in kleine doses.

Geen opmerkingen: