donderdag 14 augustus 2014
The Fortune Cookie
'You
mind if I laugh after lunch?' Soms is Billy Wilder zo cynisch dat het
een beetje rauw op de lege maag valt. De vrouwonvriendelijkheden kennen
we nu wel, maar als óók de mannetjes hun one-liners als geldbeluste
goudhaantjes spuien, wordt de film met twee uur een erg lange zit.
Hoofdrolspeler Lemmon móet van zijn louche advocaten schoonbroer blijven
zitten. Cameraman Lemmon is tijdens een American Football-match omver
gekegeld, en zijn broer ruikt centjes. Als Lemmon nou eens doet alsof
hij Neymar is... Die 'blame culture' van de eindeloze rechtszaken
bestond dus ook al in de sixties. Of Wilder had 'm gewoon vroeg in de
smiezen. Er is zelfs sprake van een goede doelen-heist. Daar wordt de
zwartgalligheid bijna modern. (Denkend aan al die nutteloze Pink-gala's
en 'gestes' van Trijntjes...) Gedurende zijn 'ingebeelde ziekte' komt
vreemd genoeg niemand van de tv-zender Lemmon opzoeken. Vrienden heeft
ie ook al niet. Wél meldt de dader zich (een Afro American football
hero) die zich op Intouchables' wijze weg begint te cijferen. Daar zat
best een goede film in, maar omdat Wilder weinig tijd voor de man maakt,
blijft Ron Rich's rol nogal pijnlijk serviel. Zijn echte pijn wordt niet
genomen. Ach ja, de film gaat nu eenmaal over fantoompijn. En Walther
Mathau als de duivelse broer is zonder meer smakelijk slecht.
Labels:
Billy Wilder,
films uit de jaren '50
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten